De abrikoos: een vrucht met een volle smaak, veel vitamines en een pit. Bewaar die laatste en kweek met deze abrikozenpit je eigen abrikozenboom.
Abrikozen bij de lokale supermarkt vinden hun oorsprong in warme, zuidelijke en zonnige landen zoals Frankrijk, Spanje en Italië. Ze worden onrijp geoogst, rijpe abrikozen kan je namelijk niet lang bewaren of vervoeren. Veel mensen weten niet dat abrikozen hun volledige geur en smaak pas ontwikkelen als ze aan de boom groeien, tot aan het moment dat ze rijp zijn. Dus waarom zou je niet je eigen abrikozen kweken? Dan heb je een smakelijke, sappige smaak en vitaminerijke vrucht in eigen tuin!
Aan de slag
Maak de abrikozenpit direct klaar nadat je de abrikoos hebt gegeten. Als de pit te lang aan lucht wordt blootgesteld, kan hij minder goed ontkiemen. Eerst verwijder je het resterende vruchtvlees. Dit is belangrijk om schimmel te voorkomen. Er zijn 3 mogelijkheden om je abrikozenpit te planten: de pit blijft zoals hij is, hij wordt voorbehandeld of de harde schil van de pit wordt verwijderd.
-
Als je de pit plant zoals hij is, duurt het ontkiemen langer, omdat het nageslacht op eigen kracht de harde huid van de pit moet kraken.
-
Het is ook mogelijk om de pit ter voorbereiding op te schuren met schuurpapier. Op deze manier zal het zaadje beter water kunnen opnemen, waardoor het sneller ontkiemt en de harde schil gemakkelijker barst.
-
De derde mogelijkheid is om de pit te kraken en het amandelvormige zaad direct in de grond te planten.
Als je van plan bent om de pit in zijn geheel te planten, is het verstandig om de pit een week in de koelkast te leggen: dit versnelt het kiemproces.
Welke grond?
De grond die je voor het planten gebruikt, moet zanderig zijn en mag je niet bemesten. Dit voorkomt schimmel. Nadat je de pit of het zaadje hebt geplant, is het belangrijk om de grond vochtig te houden. Bij abrikozenpitten heb je wat geduld nodig. Het kan tot een jaar duren voordat de eerste groene topjes aan het licht komen. Als ze eindelijk zichtbaar zijn, zet je de plantenbak op een lichte plek. Vergeet niet om het kleine plantje water te geven en zet hem niet in direct zonlicht.
Als je in een warme regio woont, kan je de jonge abrikozenboom in de tuin planten. Zorg ervoor dat je hem op een plek plant waar hij beschermd is tegen regen en wind.
De eerste abrikozen
In het voorjaar bloeit de abrikozenboom meestal met witte en roze gekleurde bloesem. De boomschors krijgt langzaam een roodbruine kleur. Als alles goed gaat, groeien na 4 of 5 jaar de eerste vruchten aan de abrikozenboom. Typerend voor abrikozen is de verticale naad die de vrucht in twee delen verdeelt. Bij voldoende zon kleuren de abrikozenwangetjes rood.